Stichting Toverbal  

RozenhoeddansenRozenhoeddansen
alle mooie meisjes zijn zo zoet

Rozenhoeddansen en -liederen werden in de Zuidelijke Nederlanden uitgevoerd op 29 juni, de feestdag van de heilige Petrus en Paulus. In Oost-Vlaanderen vereert men dan voornamelijk Sint-Pieter. Tijdens deze Sint-Pieterfeesten werden rozenhoeden gemaakt, waaronder werd gedanst. Frans Geens verzorgde voor het Instituut voor Vlaamse Volkskunst een studie over deze rozenhoeddansen, een eerste van een serie uitgaves onder de noemer Danstradities uit de lage landen.

De publicatie Rozenhoeddansen van Frans Geens bevat zeer uitgebreide achtergrondinformatie over de Sint-Pietersviering op 29 juni, het Sint-Pietersvuur, de rozenhoedtraditie, de bijbehorende liederen en dansen en verwante tradities in de buurlanden Duitsland, Frans-Vlaanderen en Nederland. Zo valt te lezen dat men in Oost-Vlaanderen ter ere van de Sint-Pieter-feesten op 29 juni rozenhoeden maakt, die bestaan uit twee in elkaar gestoken hoepels, versierd met slingers van groen en bloemen, gekleurd papier, wimpels, sterretjes en allerlei andere snuisterijen. De rozenhoed, met een doorsnede van ongeveer een halve meter, werd aan strak gespannen touwen boven de straat opgehangen. Men koos een rozenkoningin, er werden rozenhoedspelen uitgevoerd en Sint-Pietersvuren ontstoken.
Vaak werd er ook gedanst, een enkele keer om het vuur, maar meestal onder de rozenhoed. Soms danste men met een kleinere rozenhoed op het hoofd of danste men rond een op de grond neergelegde bloemenhoed. Opvallend was, dat bij alle versiering vrijwel nooit rozen werden gebruikt.

Heropleving

De rozenhoeddansen die de heer Geens heeft bijeengebracht zijn helaas nauwelijks terug te brengen op plaatselijke notities, veldwerkgegevens of wat dan ook. Van een viertal dansen zijn de melodieën afkomstig uit de brochure Rozenhoedviering in Wetteren van Marcel Daem uit Sint-Amandsberg. De door hem beschreven dansbeschrijvingen waren zo sumier dat het Vlaams Dansarchief besloot zelf enkele eenvoudige, meer aantrekkelijke dansen samen te stellen. Hoezo danstraditie?
Uit de bundels Reidansen I en II van de Nederlandse Willemien Brom-Struick werden een vijftal dansen overgenomen. Ook hier is geen duidelijkheid te vinden over de oorsprong, zei het dat Brom de dansen duidelijk rangschikt tussen de reidansen van de rozenhoed of rozenkroon.
Ten slotte bevat de bundel van Geens twee geheel nieuwe dansen.
Het zal duidelijk zijn. Onze zuiderburen beschikken niet over uitgebreide dansbeschrijvingen. Muziek is er ten aanzien van dit thema in overvloed, het boek bevat vele teksten en melodieën. Ook de literatuurlijsten zijn zeer uitgebreid. De auteur gaat ervan uit dat het vele bruikbare dansmateriaal wellicht ooit zal kunnen bijdragen tot een heroplevering van de oude traditie. Ik ben zeer benieuwd.

Pinksterbruidjes

Ook in ons land vinden we in de literatuur gegevens over het dansen om de rozenhoed. De familie Van Der Ven wijdde er in het boek De volksdans in Nederland dan ook een speciaal hoofdstuk aan. Als voormalig inwoner van Deventer herinner ik mij verwoede pogingen om een door hen beschreven oud gebruik in ere te herstellen. Bij ons is dit gebruik echter gekoppeld aan de pinksterdagen.
In het Twentse Borne trekken ieder jaar op eerste pinksterdag zo'n honderd in het wit geklede meisjes in kleine groepjes zingend door de straten. 'Daar komen de mooie pinksterbruidjes aan. Ze zijn zo heel mooi aangedaan.' Hier en daar stoppen ze en dansen ze met als doel wat snoep in te zamelen. Tot slot komen alle pinksterbruidjes voor het gemeentehuis samen om onder een daar opgestelde grote pinksterkroon te dansen. 'Rosa, Rosa, bloemen op je hoed. Alle mooie meisjes zijn zo zoet'.
In de eerste Volksdans van 2002 vertel ik hierover meer.

Frans Geens
Rozenhoeddansen
Schoten: Instituut voor Vlaamse Volkskunst 2000
Prijs: ƒ 25,- of € 11,15.
Informatie:
   Instituut voor Vlaamse Volkskunst
   Zamanhoflaan 4/8
   B-2900 Schoten
   (00.32) 3 658 74 67
Het boek is niet verkrijgbaar in de boekhandel.



© Stichting Toverbal