![]() |
tekst: Cees Tempel
Driekusman, Jan Pierewiet, Malbroek en Lot kennen
we. Dansen met die naam kunnen we terugvinden in Nederlandse Volksdansen verzameld
door A. Sanson-Catz en A. de Koe. Ja ik weet het, Lot is dood. Neef
Karel, Pruussen Herman, Jensken en de Boerendochter zijn
minder bekend. Toch worden er in Oost-Nederland dansen met die naam door folkloristische
dansgroepen uitgevoerd. Toen ik tussen 1982 en 1986 onderzoek deed voor mijn boek
Muziek en dans uit Oost-Nederland kwamen ze tijdens optredens regelmatig langs.
Tijdens een gesprek met mevr. C. Olyslag-Derksen,Tante Stien, uit Lochem en in
die tijd dansleidster bij de Stedeker Dansers uit Diepenheim vertelde ze mij dat
ze een aantal dansen had geleerd van mevr. Nel Stolk uit Rotterdam.
Nel Stolk had de dansen in Lochem aangeleerd bij de vereniging van plattelandsvrouwen.
In een later stadium heeft Tante Stien een deel van die dansen, soms enigszins
aangepast doorgegeven aan de Stedeker Dansers.
Zo kwamen Neef Karel, de Boerendochter, Pruussen Herman en
de Achttoer op het repertoire van deze dansgroep en later ook bij andere
dansgroepen.
Ik was dan ook zeer gelukkig toen ik een aantal jaren geleden via de familie Korpel
een aantal dansbundels kreeg uit de nalatenschap van Nel Stolk. De eerste stukjes
van de grote legpuzzel kwamen op hun plaats. Helaas was in die bundels niet altijd
te achterhalen waar de dansen oorspronkelijk vandaan kwamen.
Gelijktijdig kreeg ik een aantal boeken uit de nalatenschap van Hans Middelham,
waaronder een aantal oude drukken van de boeken van Sanson-Catz en de Koe, waardoor
die informatiebron steeds duidelijker werd.
Toen ik een paar maanden geleden via de familie Korpel weer een stapel boeken
kreeg, dit keer van de familie Christe, zaten er ook Duitse en Scandinavische
boeken bij. Jo Christe heeft als dansleider en muzikant grote delen van Europa
bezocht. Afgaande op de aantekeningen voor in de boeken nam hij van vrijwel ieder
reis één of meer dansbundels mee naar huis. En ja hoor, daardoor
komt de puzzel steeds verder af. De Boerendochter komt onder de naam Lang
genoeg voor in de bundel Pinksterblom van Line Tiggers, maar komt als Stolze
Henne oorspronkelijk uit Denemarken. De dans Pruussen Herman komt onder
de naam Beim Kronenwirt voor in een boek van Helms und Blasche en werd
oorspronkelijk gedanst op het eiland Alsen dat aan het begin van de twintigste
eeuw dan weer Deens, dan weer Duits en ten slotte weer Deens werd.
De Achttoer, beschreven door Jo Christe komt als Åttetur uit
Noorwegen. Neef Karel tenslotte vonden we in eerste instantie op een stenciltje
van de Rotterdamse AJC, maar uiteindelijk als Vetter Michel, ein kleines
Tanzspiel, eveneens bij Anna Helms & Julius Blasche. De daarin beschreven
dans komt vrijwel overeen met de wijze waarop de dans in Diepenheim wordt uitgevoerd.
Blijft de vraag wie de Duitse Vetter Michel heeeft omgedoopt tot de Nederlandse
Neef Karel. Een eventueel antwoord graag naar Zevenblad 48, 7623 CG Borne of info@stichtingtoverbal.nl.
Cees Tempel
Dit artikel is eerder verschenen in Syncoopnieuws,
een uitgave van Syncoop Produkties.
september 2001, 14e jaargang nr. 40
Een eerste reactie: Helaas, (om geen valse verwachtingen te wekken begin ik maar meteen met
"helaas") kan ik u geen antwoord geven op uw vraag in Syncoopnieuws
van september j.l.: "Wie maakte van Vetter Michel Neef Karel?" Met vriendelijke groet, Hartelijk dank, |